Drie experimenten van start in de acute ouderenzorg

De projectgroep 'Acute ouderenzorg' houdt zich bezig met het vormgeven van de samenwerking rondom kwetsbare ouderen. Om te onderzoeken hoe verschillende organisaties het beste samen kunnen werken in de zorg voor deze groep, zullen binnenkort drie experimenten starten. Daarover informeren wij je graag via dit bericht.

Alle experimenten hebben als doel om elkaars wereld beter te leren kennen en zo toe te werken naar de passende deskundigheid op de passende plek in te kunnen zetten bij acute ouderenzorg en terminale zorg.

De experimenten worden uitgevoerd op de SEH en de HAP, in samenwerking met de ADL- en TTV- nachtzorgteams van thuiszorgorganisaties Pantein, Brabantzorg en Laverhof. Vanuit de huisartsen zullen de experimenten begeleid worden door Ilse Rijnen (kaderhuisarts spoedzorg). Het is vooral de bedoeling om van elkaar te leren, nieuwe werkwijzen te onderzoeken en uiteindelijk te kijken hoe we gezamenlijk de zorg kunnen optimaliseren rondom kwetsbare ouderen. Hierbij gaan we uit van passende deskundigheid op de plaats waar kwaliteit van leven en functioneren het hoogst zijn.

Hieronder worden de experimenten verder beschreven. Als je nog meer wil weten over dit project of vragen hebt over deze experimenten, laat het dan weten aan Imke Vriens.

Experiment 1: TTV doet mee op de SEH (vier avonddiensten)

In dit experiment gaan verpleegkundigen van het TTV-team meedraaien op de SEH. Dit geldt voor alle ouderen (70+) en/of kwetsbare patiënten (CFS > 4) die zich op de SEH aanmelden. De TTV-verpleegkundige loopt mee bij de triage, anamnese en het opstellen van het behandelplan. Daarna delen SEH en TTV hun inzichten met als doel om te leren hoe ieder anders kijkt en doet én welke mogelijkheden TTV ziet om bij deze patiënt thuis te handelen.

NB: Wanneer uit een aankondiging al blijkt dat sprake is van hoogste urgentie en bij binnenkomst van de patiënt direct gehandeld moet worden, sluit de TTV-verpleegkundige in principe niet aan, tenzij in onderling overleg.

Experiment 2: ADL doet mee op de HAP (ca. vier nachtdiensten)

In dit experiment gaat één van de ADL-medewerkers de nacht meedraaien bij de HAP in Uden. De ADL-medewerker trekt die nacht op met huisarts en kaderarts spoedzorg, Ilse Rijnen, en gaat mee naar visites van ouderen (70+) en terminale patiënten. Je loopt mee bij de triage, anamnese en het opstellen van het behandelplan. Waar mogelijk zal de huisarts je vragen om mee te doen. Na de visite delen de huisarts en ADL-medewerker hun inzichten met als doel om te leren hoe je allebei (anders) kijkt en doet. Plus welke mogelijkheden de ADL-medewerker ziet om deze persoon in de toekomst door ADL en/of TTV zelfstandig thuis te laten behandelen.

Experiment 3: SEH en HAP houden ruggespraak met TTV over vervolgzorg (nacht)

In dit experiment houden SEH en HAP ruggespraak met de TTV-verpleegkundige op het moment dat de patiënt ‘medisch klaar is’, maar er twijfels bij de zorgverleners en/of naasten zijn of (en hoe) deze persoon naar huis kan. Tijdens het experiment is bepaald welke TTV-medewerker ‘s nachts gebeld kan worden door de SEH.

De TTV-verpleegkundige van dienst neemt dan telefonisch een triage af bij de SEH-verpleegkundige om de ondersteuningsbehoefte van de kwetsbare oudere te verduidelijken. Daarna adviseert zij hen over de benodigde vervolgzorg. Deze kan bestaan uit:

  • Geen vervolgzorg nodig. Patiënt kan naar huis.
  • Vervolgzorg nodig, maar die kan door patiënt en naasten worden opgepakt. Patiënt kan naar huis.
  • Overbruggingszorg van ADL en/of TTV nodig in de nacht. Bijv. verpleegkundige handeling of ‘zachte landing thuis’. Er wordt door TTV een moment in de nacht afgesproken waarop deze zorg plaatsvindt. Patiënt kan naar huis.
  • Reguliere wijkzorg nodig. Een bestaande cliënt wordt gevraagd om zijn wijkzorgorganisatie hierover te informeren. Een nieuwe cliënt wordt gevraagd om via https://iedereenzorgt.nl/ een aanvraag in te dienen. In beide gevallen zal de wijkverpleegkundige een afspraak maken voor een gesprek om te kijken welke extra zorg nodig is en hoe deze ingericht gaat worden. Patiënt kan naar huis.
  • Patiënt kan niet naar huis, er wordt gekeken wat de beste plek is voor de patiënt: ziekenhuisopname of ELV-bed.
  • Terminale zorg en/of verpleegkundige handelingen zijn thuis nodig. In overleg met TTV-verpleegkundige wordt gekeken hoe deze zorg opgestart kan worden.

Uiteraard kan het advies van de TTV-verpleegkundige ook een combinatie van bovenstaande opties zijn. Het doel van het experiment is om ‘care’ expertise in te zetten bij het bepalen of en hoe iemand naar huis kan en de verwachtingen omtrent vervolgzorg beter te managen.